Als land weer leren verlangen naar de zee, beginnend bij het onderwijs

Door de snelle toename van windparken, wordt de Noordzee voor de visser steeds krapper. Dat biedt weer andere kansen, maar dan moet je de vissers en kwekers van de toekomst wel nauw betrekken bij het beleid.

Door Geert HoekstraPractor Visserij, Innovatie en Ondernemerschap
(Als opiniestuk verschenen in de Volkskrant op 21 maart 2024)

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) kwam recent met zijn langverwachte visie op de winning van voedsel uit zee en grote wateren. Minister Piet Adema informeerde de Tweede Kamer over deze visie, die vissers en kwekers (de zogeheten aquacultuur) duiding en helderheid moet geven over een goede toekomst voor deze beroepssector.

Maar daarvoor is het hard nodig om die toekomstige vissers en kwekers ook nauw te betrekken bij de plannen. Ook het onderwijs speelt hierin een belangrijke rol: dat is en blijft de basis om komende generaties uit te rusten met voldoende kennis en een beroepshouding om veilig en vakkundig in dit vak te werken. Tegelijk is het belangrijk dat onderwijs hun nieuwe vaardigheden meegeeft voor het vissen en kweken in de toekomst.

Hoe kunnen de vissers en kwekers op zee richting 2050 alle stormen trotseren? Zo’n richtlijn is volgens het ministerie hard nodig om de visserij, die al eeuwenlang cultureel is verbonden aan Nederland, te behouden. ‘Vissers horen gewoon bij Nederland en Nederland hoort bij de vissers’, schrijft minister Adema in zijn visie. De minister wijst ook op het belang van perspectief voor ondernemers op zee, die zorgen voor gezond voedsel.

Inderdaad, in ons land zijn heel wat mensen groot geworden op voedzame eiwitten uit zee. En in de toekomst zal, zoals Adema ook aangeeft, die voedselwinning vooral draaien om visserij en aquacultuur. Maar het vak zal enorm veranderen, schrijft ook Adema: ‘Waar het onderwijs nu opleidt tot de vakkundige visser of kweker, zal de nadruk in de toekomst meer op wendbaar ondernemerschap liggen.’

Maar visser of kweker word je nu ook niet zomaar. Je moet vaarbevoegdheden halen: van grote kennis hebben van wiskunde en navigeren, tot maritieme communicatie. Je moet talen beheersen en veel weten over voedselveiligheid én basisveiligheid (met verpleegkundig handelen) bij een ongeluk op zee. Dat is en blijft allemaal hard nodig. Maar waar de nadruk nu vooral ligt op allround en zelfstandig vakmanschap van een leven aan boord, worden vaardigheden als wendbaar ondernemerschap steeds belangrijker.

Juist deze varende professionals zien als geen ander wat er gebeurt op de Noordzee. Dan gaat het niet alleen om de verandering van klimaat en alle gevolgen hiervan, maar ook om verdachte bewegingen. Voor de Europese kustwacht is het, nu en straks, ondoenlijk om alle infrastructuur boven en onder water te bewaken. Denk hierbij ook aan kabels en pijpleidingen. Met slimme digitale meettechniek kan de visser zowel de veiligheid als de ecologie (‘blue stewardship’) in het oog houden.

En wat te denken van diensten als bevoorrading en taxiën van personeel naar windparken en verdeelstations op zee? Net als bij de precisielandbouw onder boeren, die met drones en voorspellende software precies kunnen bepalen waar en wanneer zij het beste kunnen inzaaien en oogsten, liggen er straks wellicht mogelijkheden om met geavanceerde technologie precisievissen mogelijk te maken.

De Noordzee is dan wel een open marien ecosysteem met soms onstuimige weersomstandigheden, maar niets voor niets dachten visserijstudenten tijdens een hackathon na over het vissen met drones. Als de binnenvaart om diverse redenen al inzet op autonoom varen of op afstand besturen van schepen, is het dan ondenkbaar dat tegen 2050 op afstand bestuurbare drones zo’n efficiënte manier van vissen op zee kunnen ondersteunen?

Uiteraard zijn er nog veel hordes te nemen, zoals beperkende wet- en regelgeving én de huidige manier van vissen op zee. Die zijn er niet zomaar en hebben zich door de jaren heen bewezen. Maar bij alle uitdagingen is een ding zeker: de Noordzee zoals we die nu kennen, zal in hoog tempo veranderen.

Ondanks een kleinere zee aan ruimte voor de toekomstige visser, is er dus nog een zee aan kansen denkbaar. Hier ligt dan ook een belangrijke opdracht voor het beroepsonderwijs, dat aanstaande professionals breder moet scholen. Laten we als land weer leren verlangen naar de zee, de eindeloze zee van kansen – beginnend bij het onderwijs.

Bron: Opinie: Laten we als land weer leren verlangen naar de zee, beginnend bij het onderwijs | de Volkskrant